Hoe Maak Je Een Screenshot Op Macbook?

Hoe Maak Je Een Screenshot Op Macbook
Een schermafbeelding maken op een Mac U kunt een opname maken van het gehele scherm, een venster of een geselecteerd deel van het scherm.

  1. Houd deze drie toetsen tegelijk ingedrukt om een schermafbeelding te maken: Shift, Command en 3.
  2. Als u een miniatuur in de hoek van uw scherm ziet, kunt u daarop klikken om de schermafbeelding te wijzigen. U kunt ook wachten tot de schermafbeelding op uw bureaublad is bewaard.
  1. Houd deze drie toetsen tegelijk ingedrukt: Shift, Command en 4.
  2. Sleep de kruisaanwijzer om het gebied van het scherm te selecteren dat u wilt vastleggen. U verplaatst de selectie door tijdens het slepen de spatiebalk ingedrukt te houden. U annuleert het maken van een schermafbeelding door op de Esc-toets (Escape) te drukken. Hoe Maak Je Een Screenshot Op Macbook
  3. Laat de muisknop of trackpadknop los om de schermafbeelding te maken.
  4. Als u een miniatuur in de hoek van uw scherm ziet, kunt u daarop klikken om de schermafbeelding te wijzigen. U kunt ook wachten tot de schermafbeelding op uw bureaublad is bewaard.
  1. Open het venster of menu dat u wilt vastleggen.
  2. Houd deze vier toetsen tegelijk ingedrukt: Shift, Command, 4 en de spatiebalk. De aanwijzer verandert in een camerasymbool, U annuleert het maken van een schermafbeelding door op de Esc-toets (Escape) te drukken. Hoe Maak Je Een Screenshot Op Macbook
  3. Klik op het venster of menu om het vast te leggen. Als u de schaduw van het venster niet wilt opnemen in de schermafbeelding, houdt u de Option-toets ingedrukt terwijl u klikt.
  4. Als u een miniatuur in de hoek van uw scherm ziet, kunt u daarop klikken om de schermafbeelding te wijzigen. U kunt ook wachten tot de schermafbeelding op uw bureaublad is bewaard.

Standaard worden schermafbeeldingen op uw bureaublad bewaard met de naam ‘Schermafbeelding om,png’. In of hoger kunt u de standaardlocatie van bewaarde schermafbeeldingen wijzigen vanuit het Opties-menu in, U kunt de miniatuur ook naar een map of document slepen.

  • In macOS Mojave of hoger kunt u ook een timer instellen en kiezen waar schermafbeeldingen worden opgeslagen die worden gemaakt met de app Schermafbeelding. Houd deze drie toetsen tegelijk ingedrukt om de app te openen: Shift, Command en 5.
  • Van de vensters van sommige apps, zoals de Apple TV-app, kunt u mogelijk geen schermafbeeldingen maken.
  • Als u een schermafbeelding naar het klembord wilt kopiëren, houdt u de Control-toets ingedrukt terwijl u de schermafbeelding maakt. U kunt de schermafbeelding vervolgens ergens anders plakken. U kunt ook gebruiken om de schermafbeelding te plakken op een ander Apple apparaat.

: Een schermafbeelding maken op een Mac

Hoe moet je een screenshot maken op Mac?

Page 6 – Je kunt afbeeldingen ( schermafbeeldingen genoemd) of opnamen van het scherm van de Mac maken met Schermafbeelding of toetscombinaties. Schermafbeelding biedt je een paneel met hulpmiddelen waarmee je eenvoudig schermafbeeldingen en -opnamen kunt maken, met opties om te bepalen wat je vastlegt. Je kunt bijvoorbeeld een timervertraging instellen of de aanwijzer of klikken opnemen.

  1. Druk op de Mac op Shift + Command + 5 (of ) om Schermafbeelding te openen en de hulpmiddelen weer te geven.
  2. Klik op een hulpmiddel om te selecteren wat je wilt vastleggen of opnemen. Voor een gedeelte van het scherm versleep je het kader om het te verplaatsen of versleep je de randen om de grootte van het gebied dat je wilt vastleggen of opnemen aan te passen.
    Het volledige scherm vastleggen
    Een venster vastleggen
    Een gedeelte van het scherm vastleggen
    Het volledige scherm opnemen
    Een gedeelte van het scherm opnemen

    /li>

  3. Klik indien gewenst op ‘Opties’. De beschikbare opties variëren afhankelijk van of je een schermafbeelding of een schermopname maakt. Je kunt er bijvoorbeeld voor kiezen een bepaalde vertraging in te stellen of de muisaanwijzer of klikken weer te geven en opgeven waar het bestand moet worden bewaard. Met de optie ‘Toon zwevende miniatuur’ kun je eenvoudiger aan de slag met een voltooide afbeelding of opname. Deze zweeft enkele seconden rechtsonder in het scherm, zodat je tijd hebt om de afbeelding of opname in een document te slepen, te markeren of te delen, voordat deze wordt bewaard op de opgegeven locatie.
  4. De schermafbeelding of -opname starten:
    • Voor het volledige scherm of een gedeelte ervan: Klik op ‘Leg vast’.
    • Voor een venster: Beweeg de cursor naar het venster en klik op het venster.
    • Voor opnamen: Klik op ‘Neem op’. Om de opname te beëindigen, klik je op de opnameknop in de menubalk.

    Als de optie ‘Toon zwevende miniatuur’ is ingesteld, kun je een van de volgende stappen uitvoeren wanneer de miniatuur kort wordt weergegeven rechtsonder in het scherm: Afhankelijk van waar je de schermafbeelding of -opname bewaart, wordt er mogelijk een programma geopend.

Je kunt verschillende toetscombinaties op de Mac gebruiken om afbeeldingen van het scherm te maken. De bestanden worden op het bureaublad bewaard. Tip: Om een schermafbeelding te kopiëren, zodat je deze bijvoorbeeld in een e-mail of kunt plakken, houd je de Control-toets ingedrukt terwijl je op de andere toetsen drukt.

Het volledige scherm vastleggen Druk op Shift + Command + 3.
Een gedeelte van het scherm vastleggen Druk op Shift + Command + 4 en plaats de kruisvormige aanwijzer op de plek waar je de schermafbeelding wilt beginnen. Klik met de muis of het trackpad, sleep over het gebied dat je wilt vastleggen en laat de muis of het trackpad los.
Een venster of de menubalk vastleggen Druk op Shift + Command + 4 en druk op de spatiebalk. Verplaats de camera-aanwijzer naar het venster of de menubalk om het gebied te markeren en klik vervolgens.
Een menu en menu-onderdelen vastleggen Open het menu, druk op Shift + Command + 4 en sleep de aanwijzer over de menu-items die je wilt vastleggen.
Schermafbeelding openen Druk op Shift + Command + 5.
De Touch Bar vastleggen Druk op Shift + Command + 6.

Deze toetscombinaties kun je aanpassen in het paneel ‘Toetscombinaties’ van het paneel ‘Toetsenbord’ in Systeemvoorkeuren. Kies op de Mac Apple-menu > ‘Systeemvoorkeuren’, klik op ‘Toetsenbord’ en klik vervolgens op ‘Toetscombinaties’. Schermafbeeldingen worden bewaard als,png-bestanden en schermopnamen worden bewaard als,mov-bestanden. De bestandsnamen beginnen met ‘Schermafbeelding’ of ‘Schermopname’ en bevatten de datum en tijd. Mogelijk kun je in sommige programma’s geen afbeeldingen van vensters maken, zoals in Dvd-speler.

Hoe maak je een screenshot op een Apple?

Een schermafbeelding maken op iPhone-modellen met Touch ID en een bovenste knop –

Druk tegelijkertijd op de bovenste knop en de thuisknop. Laat beide knoppen snel weer los. Nadat u een schermafbeelding hebt gemaakt, verschijnt tijdelijk een miniatuur in de linkerbenedenhoek van uw scherm. Tik op de miniatuur om deze te openen of veeg naar links om deze te sluiten.

Hoe maak je een screenshot van een hele webpagina macbook?

Zo maak je een schermafdruk van lange webpagina! Een schermschermafdruk maken van je beeldscherm kan via de Printscreen toets (Windows) of via Apple key ⌘ + Shift + 3 (Mac). Nadeel is dat je alleen van het zichtbare gedeelte een screenshot kunt maken.

Hoe maak je een screenshot van je computerscherm?

Producten Apparaten Account en facturering Meer ondersteuning

Afhankelijk van uw hardware, kunt u de Windows-logotoets + PrtScn -knop gebruiken als snelkoppeling voor schermafdruk. Als uw apparaat niet over de PrtScn -knop beschikt, kunt u Fn + Windows-logotoets + spatiebalk gebruiken om een schermopname te maken, die vervolgens kan worden afgedrukt.

Waar zit de shift toets op een Mac?

Toetscombinaties op een Mac Door bepaalde combinaties van toetsen in te drukken, kunt u acties uitvoeren waarvoor anders een muis, trackpad of ander invoerapparaat is vereist. Voor het gebruik van een toetscombinatie houdt u een of meerdere speciale toetsen ingedrukt terwijl u de laatste toets van de toetscombinatie indrukt.

Command (of Cmd) ⌘ Shift ⇧

Option (of Alt) ⌥ Control (of Ctrl) ⌃

Caps Lock ⇪ Fn

Op het toetsenbord van een Windows-pc gebruikt u de Alt-toets in plaats van Option en de toets met het Windows-logo in plaats van Command. Sommige toetsen op bepaalde Apple toetsenborden hebben speciale symbolen en functies, zoals de toetsen voor de helderheid van het beeldscherm, de helderheid van de toetsenbordverlichting, enzovoort.

Command-X : Het geselecteerde item knippen en kopiëren naar het klembord. Command-C : Het geselecteerde item naar het klembord kopiëren. Dit geldt ook voor bestanden in de Finder. Command-V : De inhoud van het klembord in het huidige document of programma plakken. Dit geldt ook voor bestanden in de Finder. Command-Z : Het vorige commando ongedaan maken. U kunt op Shift-Command-Z drukken om de actie opnieuw uit te voeren. Hierdoor wordt het commando ‘Ongedaan maken’ ongedaan gemaakt. In sommige programma’s kunt u meerdere commando’s ongedaan maken en opnieuw uitvoeren. Command-A : Alle items selecteren. Command-F : Items in een document zoeken of een zoekvenster openen. Command-G : Opnieuw zoeken: het volgende exemplaar van het eerder gevonden item zoeken. Druk op Shift-Command-G om het vorige exemplaar te zoeken. Command-H : De vensters van het programma op de voorgrond verbergen. Druk op Option-Command-H om het programma op de voorgrond te zien maar alle andere programma’s te verbergen. Command-M : Het venster op de voorgrond naar het Dock minimaliseren. Druk op Option-Command-M om alle vensters van het programma op de voorgrond te minimaliseren. Command-O : Het geselecteerde item openen of een dialoogvenster openen waarin u een bestand kunt kiezen om het te openen. Command-P : Het huidige document afdrukken. Command-S : Het huidige document bewaren. Command-T : Een nieuw tabblad openen. Command-W : Het venster op de voorgrond sluiten. Druk op Option-Command-W om alle vensters van het programma te sluiten. Option-Command-Esc : Een app, Command-Spatiebalk : het -zoekveld weergeven of verbergen. Druk op Command-Option-Spatiebalk om een Spotlight-zoekactie in een Finder-venster uit te voeren. (Als u om in verschillende talen te typen, wijzigen deze toetscombinaties de invoerbron in plaats van Spotlight weer te geven. Lees hier hoe u,) Control-Command-Spatiebalk : De tekenweergave openen. Hierin kunt u kiezen. Control-Command-F : De app schermvullend gebruiken (als de app dit ondersteunt). Spatiebalk : gebruiken om een voorbeeld van het geselecteerde item te zien. Command-Tab : Naar het volgende meest recent gebruikte programma van de geopende programma’s gaan. Command-Accent grave (`): Wisselen tussen de vensters van de app die u gebruikt. (Het teken op de tweede toets varieert per toetsenbord. In het algemeen is het de toets boven de Tab-toets en aan de linkerkant van het cijfer 1.) Shift-Command-5 : In een schermafbeelding of schermopname maken. Voor schermafbeeldingen kunt u ook Shift-Command-3 of Shift-Command-4 gebruiken., Shift-Command-N : Een nieuwe map aanmaken in de Finder. Command-Komma (,) : De voorkeuren voor het programma op de voorgrond openen.

Bij sommige van deze toetscombinaties moet u de toetsen iets langer ingedrukt houden. Dat zorgt ervoor dat u ze niet per ongeluk gebruikt.

Aan/uit-knop : De Mac aanzetten of uit de sluimerstand halen. Houd de knop 1,5 seconden ingedrukt om de Mac in de sluimerstand te zetten.* Houd de knop langer ingedrukt om de Mac geforceerd uit te zetten. Option-Command-Aan/uit-knop * of Option-Command-Uitwerpknop : De Mac in de sluimerstand zetten. Control-Shift-Aan/uit-knop * of Control-Shift-Uitwerpknop : Het beeldscherm in de sluimerstand zetten. Control-Aan/uit-knop * of Control-Uitwerpknop : Een dialoogvenster weergeven waarin u wordt gevraagd of u de computer wilt herstarten, in de sluimerstand wilt zetten of wilt uitzetten. Control-Command-Aan/uit-knop :* De Mac geforceerd herstarten, zonder aanwijzingen over het bewaren van geopende en niet-bewaarde documenten. Control-Command-Uitwerpknop : Alle programma’s stoppen en de Mac opnieuw opstarten. Als wijzigingen aan geopende documenten niet zijn bewaard, wordt u gevraagd of u dit nu wilt doen. Control-Option-Command-Aan/uit-knop * of Control-Option-Command-Uitwerpknop : Alle programma’s stoppen en de Mac uitzetten. Als wijzigingen aan geopende documenten niet zijn bewaard, wordt u gevraagd of u dit nu wilt doen. Control-Command-Q : Het scherm onmiddellijk vergrendelen. Shift-Command-Q : Uitloggen bij een macOS-gebruikersaccount. U wordt gevraagd dit te bevestigen. Als u meteen en zonder bevestiging wilt uitloggen, drukt u op Option-Shift-Command-Q.

* Niet van toepassing op de,

Command-D : De geselecteerde bestanden dupliceren. Command-E : De geselecteerde schijf of het volume verwijderen. Command-F : Een Spotlight-zoekactie in het Finder-venster starten. Command-I : Het venster ‘Toon info’ van een geselecteerd bestand weergeven. Command-R : (1) Wanneer in de Finder een alias is geselecteerd: het originele bestand van de geselecteerde alias weergegeven. (2) In sommige apps, zoals Agenda of Safari, de pagina vernieuwen of opnieuw laden. (3) In Software-update opnieuw controleren op software-updates. Shift-Command-C : Het venster ‘Computer’ openen. Shift-Command-D : De map ‘Bureaublad’ openen. Shift-Command-F : Het venster ‘Recent’ openen, dat alle bestanden toont die u onlangs hebt bekeken of gewijzigd. Shift-Command-G : Het venster ‘Ga naar map’ openen. Shift-Command-H : De thuismap van de huidige macOS-gebruikersaccount openen. Shift-Command-I : iCloud Drive openen. Shift-Command-K : Het venster ‘Netwerk’ openen. Option-Command-L : De map ‘Downloads’ openen. Shift-Command-N : Een nieuwe map aanmaken. Shift-Command-O : De map ‘Documenten’ openen. Shift-Command-P: het voorbeeldpaneel in Finder-vensters weergeven of verbergen. Shift-Command-R: het venster ‘AirDrop’ openen. Shift-Command-T : De tabbladbalk in Finder-vensters weergeven of verbergen. Control-Shift-Command-T : Het geselecteerde Finder-item aan het Dock toevoegen (OS X Mavericks of hoger). Shift-Command-U : De map ‘Hulpprogramma’s’ openen. Option-Command-D : Het Dock weergeven of verbergen. Control-Command-T : Het geselecteerde item aan de navigatiekolom toevoegen (OS X Mavericks of hoger). Option-Command-P : De padbalk in Finder-vensters weergeven of verbergen. Option-Command-S : De navigatiekolom in Finder-vensters weergeven of verbergen. Command-Slash (/) : De statusbalk in Finder-vensters weergeven of verbergen. Command-J : Weergaveopties weergeven. Command-K : Het venster ‘Verbind met server’ openen. Control-Command-A : Een alias aanmaken van het geselecteerde item. Command-N : Een nieuw Finder-venster openen. Option-Command-N : Een nieuwe slimme map aanmaken. Command-T: de tabbladbalk weergeven of verbergen wanneer er maar één tabblad in het huidige Finder-venster is geopend. Option-Command-T : De knoppenbalk weergeven of verbergen wanneer er maar één tabblad in het huidige Finder-venster is geopend. Option-Command-V : De bestanden op het klembord verplaatsen van de oorspronkelijke locatie naar de huidige locatie. Command-Y : Snelle weergave gebruiken om een voorbeeld van de geselecteerde bestanden te zien. Option-Command-Y : Een diavoorstelling van de geselecteerde bestanden in Snelle weergave bekijken. Command-1 : De items in het Finder-venster weergeven als symbolen. Command-2 : De items in een Finder-venster weergeven als lijst. Command-3 : De items in een Finder-venster weergeven in kolommen. Command-4 : De items in een Finder-venster weergeven in galerieweergave. Command-Linker rechte haak () : Naar de volgende map gaan. Command-Pijl omhoog : De map met de huidige map openen. Command-Control-Pijl omhoog : De map met de huidige map in een nieuw venster openen. Command-Pijl omlaag : Het geselecteerde item openen. Pijl naar rechts : De geselecteerde map openen. Dit werkt alleen in lijstweergave. Pijl naar links : De geselecteerde map sluiten. Dit werkt alleen in lijstweergave. Command-Delete : Het geselecteerde item naar de prullenmand verplaatsen. Shift-Command-Delete : De prullenmand legen. Option-Shift-Command-Delete : De prullenmand legen zonder bevestigingsvenster. Command-Helderheid lager : Synchrone weergave in- of uitschakelen wanneer meerdere beeldschermen op de Mac zijn aangesloten. Option-Helderheid hoger : Beeldschermvoorkeuren openen. Dit werkt met beide toetsen voor de helderheid. Control-Helderheid hoger of Control-Helderheid lager : De helderheid van het externe beeldscherm wijzigen (als het beeldscherm dit ondersteunt). Option-Shift-Helderheid hoger of Option-Shift-Helderheid lager : De helderheid van het beeldscherm instellen in kleinere stapjes. Als u bij deze toetscombinatie ook nog de Control-toets gebruikt, stelt u de helderheid van het externe beeldscherm in (als het beeldscherm dit ondersteunt). Option-Mission Control : Voorkeuren voor Mission Control openen. Command-Mission Control : Het bureaublad weergeven. Control-Pijl omlaag : Alle vensters van het programma op de voorgrond weergeven. Option-Volume hoger : Voorkeuren voor Geluid openen. Dit werkt met beide toetsen voor het geluid. Option-Shift-Volume hoger of Option-Shift-Volume lager : Het volume instellen in kleinere stapjes. Option-Helderheid toetsenbordverlichting hoger : De toetsenbordvoorkeuren openen. Dit werkt met beide toetsen voor de helderheid van de toetsenbordverlichting. Option-Shift-Helderheid toetsenbordverlichting hoger of Option-Shift-Helderheid toetsenbordverlichting lager : De helderheid van de toetsenbordverlichting instellen in kleinere stapjes. Option-toets tijdens dubbel klikken : Het item in een apart venster openen en het oorspronkelijke venster sluiten. Command-toets tijdens dubbel klikken : Een map in een apart tabblad of venster openen. Command-toets tijdens slepen naar een ander volume : Het gesleepte item verplaatsen in plaats van kopiëren. Option-toets tijdens slepen : Het gesleepte item kopiëren. De muisaanwijzer verandert wanneer u het item sleept. Option-Command tijdens het slepen : Een alias van het gesleepte item maken. De muisaanwijzer verandert wanneer u het item sleept. Option-klik op een openvouwdriehoekje : Alle mappen in de geselecteerde map openen. Dit werkt alleen in lijstweergave. Command-klik op een venstertitel : Alle mappen met de huidige map weergeven., Klik op het Ga-menu in de menubalk van de Finder om te zien welke toetscombinaties er zijn voor het openen van veelgebruikte mappen, zoals ‘Programma’s’, ‘Documenten’, ‘Downloads’, ‘Hulpprogramma’s’ en ‘iCloud Drive’.

De werking van deze toetscombinaties kan per app verschillen.

Command-B : De geselecteerde tekst vet weergeven of vette tekst in- en uitschakelen. Command-I : De geselecteerde tekst cursief weergeven of cursieve tekst in- of uitschakelen. Command-K : Een weblink toevoegen. Command-U : De geselecteerde tekst onderstrepen of onderstreping in- of uitschakelen. Command-T : Het venster ‘Lettertypen’ weergeven of verbergen. Command-D : De map ‘Bureaublad’ selecteren in een dialoogvenster voor het openen of bewaren van documenten. Control-Command-D : De definitie van het geselecteerde woord weergeven of verbergen. Shift-Command-Dubbele punt (:) : Het venster ‘Spelling en grammatica’ weergeven. Command-Puntkomma (;) : Woorden met spelfouten in het document zoeken. Option-Delete : Het woord links van het invoegpunt verwijderen. Control-H : Het teken links van het invoegpunt verwijderen. Of gebruik Delete. Control-D : Het teken rechts van het invoegpunt verwijderen. Of gebruik Fn-Delete. Fn-Delete : Voorwaarts wissen op toetsenborden zonder toets voor voorwaarts wissen. Of gebruik Control-D. Control-K : De tekst tussen het invoegpunt en het einde van de regel of de alinea wissen. Fn-Pijl omhoog : Pagina omhoog: één pagina omhoog scrollen. Fn-Pijl omlaag : Pagina omlaag: één pagina omlaag scrollen. Fn-Pijl naar links : Home: naar het begin van een document scrollen. Fn-Pijl naar rechts : End: naar het einde van een document scrollen. Command-Pijl omhoog : Het invoegpunt naar het begin van een document verplaatsen. Command-Pijl omlaag : Het invoegpunt naar het einde van een document verplaatsen. Command-Pijl naar links : Het invoegpunt naar het begin van de huidige regel verplaatsen. Command-Pijl naar rechts : Het invoegpunt naar het einde van de huidige regel verplaatsen. Option-Pijl naar links : Het invoegpunt naar het begin van het vorige woord verplaatsen. Option-Pijl naar rechts : Het invoegpunt naar het einde van het volgende woord verplaatsen. Shift-Command-Pijl omhoog : De tekst tussen het invoegpunt en het begin van het document selecteren. Shift-Command-Pijl omlaag : De tekst tussen het invoegpunt en het einde van het document selecteren. Shift-Command-Pijl naar links : De tekst tussen het invoegpunt en het begin van de huidige regel selecteren. Shift-Command-Pijl naar rechts : De tekst tussen het invoegpunt en het einde van de huidige regel selecteren. Shift-Pijl omhoog : De tekstselectie uitbreiden naar het dichtstbijzijnde teken op dezelfde horizontale positie in de vorige regel. Shift-Pijl omlaag : De tekstselectie uitbreiden naar het dichtstbijzijnde teken op dezelfde horizontale positie in de volgende regel. Shift-Pijl naar links : De tekstselectie met één teken naar links uitbreiden. Shift-Pijl naar rechts : De tekstselectie met één teken naar rechts uitbreiden. Option-Shift-Pijl omhoog : De tekstselectie naar het begin van de huidige alinea uitbreiden, vervolgens naar het begin van de vorige alinea indien opnieuw ingedrukt. Option-Shift-Pijl omlaag : De tekstselectie naar het einde van de huidige alinea uitbreiden, vervolgens naar het einde van de volgende alinea indien opnieuw ingedrukt. Option-Shift-Pijl naar links : De tekstselectie naar het begin van het huidige woord uitbreiden, vervolgens naar het begin van het vorige woord indien opnieuw ingedrukt. Option-Shift-Pijl naar rechts : De tekstselectie naar het einde van het huidige woord uitbreiden, vervolgens naar het einde van het volgende woord indien opnieuw ingedrukt. Control-A : Naar het begin van een regel of alinea gaan. Control-E : Naar het einde van een regel of alinea gaan. Control-F : Eén teken naar voren verplaatsen. Control-B : Eén teken naar achteren verplaatsen. Control-L : De cursor of selectie centreren in het zichtbare gedeelte. Control-P : Eén regel omhoog verplaatsen. Control-N : Eén regel omlaag verplaatsen. Control-O : Een nieuwe regel na het invoegpunt invoeren. Control-T : Het teken na het invoegpunt en het teken vóór het invoegpunt omwisselen. Command-Linker accolade ( ) : Rechts uitlijnen. Shift-Command-Verticale streep (|) : Centreren. Option-Command-F : Naar het zoekveld gaan. Option-Command-T : Een knoppenbalk in een programma weergeven of verbergen. Option-Command-C : Kopieer stijl: de opmaakinstellingen van het geselecteerde item naar het klembord kopiëren. Option-Command-V : Plak stijl: de gekopieerde stijl op het geselecteerde item toepassen. Option-Shift-Command-V : Plak en pas stijl aan: de stijl van de omliggende inhoud toepassen op het item dat erin wordt geplakt. Option-Command-I : Het infovenster weergeven of verbergen. Shift-Command-P : Pagina-instelling: een venster voor de selectie van documentinstellingen weergeven. Shift-Command-S : Het dialoogvenster ‘Bewaar als’ weergeven of het huidige document kopiëren. Shift-Command-Minteken (-) : Het geselecteerde item verkleinen. Shift-Command-Plusteken (+) : Het geselecteerde item vergroten. Command-Gelijkteken (=) voert dezelfde functie uit. Shift-Command-Vraagteken (?) : Het Help-menu openen.

Nuttig? Hartelijk dank voor uw feedback. : Toetscombinaties op een Mac

Waar staat mijn screenshot Mac?

Screenshot van een uitsnede van het scherm met de toetscombinatie: ” Shift + Cmd + 4″ – Wil je slechts een gedeelte van je scherm bewaren? Gebruik dan Shift-Cmd-4, Het muisicoon verandert dan in een kruisje. Sleep deze over het gedeelte waarvan je een screenshot wil maken, zo ontstaat er een vierkant.

Zodra je dan loslaat, wordt er een schermafbeelding van je selectie gemaakt. Het verkeerde gebied geselecteerd? Druk dan tijdens het slepen op ‘Esc’ om te stoppen. Druk weer Shift-Cmd-4 in om opnieuw te selecteren. Screenshots worden automatisch opgeslagen op je bureaublad. Het is ook mogelijk om de schermafbeelding meteen naar het klembord te kopiëren.

Druk hiervoor de toetsencombinatie in en houdt tegelijkertijd de Control-toets in. Zo verwerk je snel screenshots in een document of e-mail. Wil je een schermafbeelding maken van één bepaald venster? Druk dan nadat je Shift-Cmd-4 indrukt op de spatiebalk.

Hoe kun je knippen en plakken met Mac?

Druk op je Mac bijvoorbeeld op Command + C of kies ‘Wijzig’ > ‘Kopieer’. De gekopieerde inhoud is slechts korte tijd beschikbaar om op je andere apparaten te worden geplakt. Plakken op een apparaat: Plaats de aanwijzer op de positie waar je de inhoud wilt plakken en plak vervolgens de inhoud.

Hoe snijd je een Print Screen bij?

Manier 2: Screenshot op Windows met Print Screen – U kunt het vinden Print Screen toets in de rechterbovenhoek van uw toetsenbord, die is gelabeld als PrtScn, PrintScrn, Print Scr of andere soortgelijke. Hier zijn verschillende snelkoppelingscombinaties om een ​​screenshot bij te snijden op Windows 11/10 en eerdere versies.

  • Media PrtScn – Snijd een screenshot op volledig scherm bij in Windows. Kopieer vervolgens de schermafbeelding naar het klembord.
  • Media Windows + PrtScn – Snijd een screenshot van een hele pagina bij op Windows. U vindt deze schermafbeelding in het screenshots map.
  • Media Alt + PrtScn – Snijd een actief venster op Windows bij op het klembord. U moet het in Paint of andere afbeeldingseditors plakken om het op te slaan.

Wat is de Alt-toets op een Mac?

Klik je op bijvoorbeeld de Option ( Alt )- toets, dan krijg je de onderliggende speciale leestekens te zien. Klik je vervolgens met je muis op het leesteken dat je wilt toevoegen en typ je de toe te voegen letter, dan worden deze gecombineerd weergegeven.

Wat is F12 op Mac?

De toetsen gebruiken als standaardfunctietoetsen – Houd de Fn-toets (Function)/de toets met de wereldbol ingedrukt terwijl u op een functietoets drukt. Als u bijvoorbeeld tegelijkertijd op de Fn- en de F12-toets (luidsprekersymbool) drukt, wordt de actie uitgevoerd die aan de F12-toets is toegewezen, en wordt niet het luidsprekervolume verhoogd.1 Als uw toetsenbord geen Fn-toets heeft, kunt u proberen de Control-toets ingedrukt te houden wanneer u op een functietoets drukt.

Hoe kun je knippen en plakken met Mac?

Druk op je Mac bijvoorbeeld op Command + C of kies ‘Wijzig’ > ‘Kopieer’. De gekopieerde inhoud is slechts korte tijd beschikbaar om op je andere apparaten te worden geplakt. Plakken op een apparaat: Plaats de aanwijzer op de positie waar je de inhoud wilt plakken en plak vervolgens de inhoud.

Waar kan ik mijn screenshots vinden?

Schermafbeelding direct opslaan – Met de sneltoets Windows+Print Screen kunt u de schermafbeelding maken en direct opslaan. Het screenshot komt dan in de map ‘Schermopnamen’ terecht. Deze map is te vinden in de map ‘Afbeeldingen’ in de Verkenner.

Adblock
detector